Geduld

Mijn deugdenavontuur is begonnen toen mijn zoontje twee jaar oud was. Van mijn zus kreeg ik ‘The Familiy Virtues Guide’ cadeau van de Canadese auteur, Linda Kavelin-Popov. Ik las het hoofdstuk over ‘geduld’, een eigenschap die je als ouder van een peuter heel goed kunt gebruiken. Ik benoemde de deugd telkens als we die tegenkwamen. Het bleek een toverwoord! Na een week vroeg mijn zoontje in een speeltuin: “Mama, heb je nog even geduld, ik wil nog even op de schommel.” Ik stond versteld: dat hij de betekenis van het woord zó snel had opgepakt!
Lees hier het eerste hoofdstuk in mijn boek ‘Haal het beste uit je kind en jezelf’:
In ‘Het grote deugdenboek voor ouders en kinderen’ is het eerste dat ik lees de beschrijving van geduld. Toeval? Ik denk het niet. Het is een eigenschap waar wij regelmatig behoefte aan hebben. Ik lees dat geduld betekent dat dingen niet altijd meteen gebeuren en dat het soms nodig kan zijn te wachten. De meeste wensen hoeven niet onmiddellijk vervuld te worden. Als je daarvan uitgaat, raak je van streek of je wordt prikkelbaar als iets niet meteen gebeurt, of als iets niet naar jouw zin gaat. Als iets anders gaat dan je wilt, kan geduld je helpen om kalm en verdraagzaam te blijven. Geduldig zijn betekent ook dat je afwacht als iets niet onmiddellijk resultaat heeft. Het heeft dan de betekenis van iets niet forceren, maar vertrouwen hebben. Geduldig zijn betekent ook volharding tonen – iets blijven doen tot het helemaal klaar is, totdat doelen bereikt zijn. En ook, misschien voor mij wel de twee belangrijkste dingen die ik las: 1) iedereen beschikt over alle eigenschappen, en 2) je kunt alle eigenschappen sterker maken door oefening.
Geduld, eigenlijk is het een essentiële eigenschap. Er schoten mij meteen allerlei situaties te binnen waarin wij, ouder en kind, geduld zouden kunnen hebben. Correctie: geduld oefenen! Immers we hebben net geleerd dat iedereen in aanleg over deze eigenschap beschikt. Door oefening kun je er vaardiger in worden. Ik ben er die week op gaan letten wanneer ik zag dat Daan geduld liet zien. Als hij rustig op de bank ging zitten terwijl ik hem een glaasje ranja inschonk, in plaats van rond me te lopen springen en zeuren, dan prees ik zijn geduld: ‘Wat fijn dat je zo kalm op de bank afwacht totdat ik ranja heb ingeschonken. Daarmee laat je veel geduld zien en kan ik rustig wat lekkers erbij pakken.’
In het begin (Daan was ruim twee jaar oud en een vrij late prater) keek hij me vreemd aan: ‘Geduld, wat is dat?’ Ik vertelde hem in mijn eigen woorden wat mij was bijgebleven van wat ik bij de beschrijving in het boek gelezen had. Er was bijna iedere dag wel een gelegenheid om erop terug te komen. Ik bleef geduld benoemen als ik zag dat Daan de eigenschap toonde.
In die tijd kon hij heel ‘leuk’ met zijn autootjes spelen. Hij zette ze allemaal precies op een bepaalde volgorde in ‘de file’ zoals hij dat noemde. Ik keek naar wat hij deed en vroeg me af welke deugd zich het meest aan mij toonde: geduld! Vervolgens sprak ik mijn bewondering naar hem uit door deze deugd te benoemen: ‘Wat kun jij veel geduld (doorzettingsvermogen, vastberadenheid…) laten zien! Het is een hele klus, maar je stopt niet voordat het af is.’ Als ik even rustig wilde bellen, vroeg ik hem: ‘Als je vijf minuten geduld hebt, dan kan ik mijn telefoontje afronden.’ Of ‘Dankjewel voor je geduld!’, als ik de hoorn neergelegd had.
Het werkte! Daan was gefascineerd door geduld. ’s Avonds bij het naar bed gaan, las ik hem voor of hadden we het ritueel om de dag samen nog door te nemen. Daan vroeg me nu regelmatig: ‘Mama, wil je nog over geduld vertellen?’ Ik vertelde hem wanneer hij die dag geduld had laten zien, of wanneer ik het zelf moeilijk vond om geduldig te zijn. Hij vertelde mij, wanneer hij gezien had dat ik geduldig was en wanneer hijzelf geduldig was geweest. Als het me niet gelukt was Daan op het moment zelf te waarderen om zijn geduld, omdat ik hier in het begin nog niet zo vaardig in was, kon ik dat aan het einde van de dag alsnog doen. De sfeer tussen ons werd prettiger, vreedzamer. We hadden aandacht voor elkaars goede eigenschappen en zelfs pogingen om geduld te beoefenen werden gezien.
Stond er bij de kassa van supermarkt een lange rij, dan zei ik: ‘Dit gaat ons geduld kosten.’ Wat Daan dan beaamde, en meteen kwam er een rust over ons heen. Een spelletje in de auto: ‘Zullen we doen wie het langste stil kan zijn?’ Voor ons allebei erg moeilijk, dus het was altijd lachen als een van beiden dan als eerste iets zei. Het oefenen van geduld werd voor ons een spel, waaraan we allebei veel plezier beleefden. Nog steeds. Als Daan nog erg veel plezier op de schommel heeft, terwijl ik aangeef graag naar huis te willen, zegt hij: ‘Mama, dankjewel voor je geduld, dat ik nog even op de schommel mag.’ Zeg dan maar eens nee…
Deugdentips:
NIET DOEN: Zeg niet ‘Wat goed van je’, of ‘Wat lief van je’. Kinderen worden afhankelijk van jouw complimenten of ze doen iets enkel om je te behagen. Als je veel op ze moppert dan horen ze je niet meer terwijl dat de sfeer verpest.
WEL DOEN: Schenk aandacht aan de deugden die je kind laat zien en benoem ze. Vertel erbij hoe de deugd zich aan jou toonde en wat het effect ervan was. De allereerste keren dat je een deugd noemt, kun je de betekenis erbij vertellen, met behulp van het boek of de deugdenkaarten en aan de hand van voorbeelden uit je eigen praktijk. Geef voorbeelden van jezelf, ook wanneer jij het moeilijk vindt om de deugd te beoefenen. Dat vinden kinderen erg grappig: ‘Oei wat een lekkere taart, het zal moeilijk zijn om matigheid te beoefenen.’ Hoe vaker je de deugden die je kind laat zien benoemt, hoe meer affiniteit je kind met dit ‘stukje’ van zijn karakter krijgt. Op een moment dat je kind de deugd niet laat zien (en dit wel wenselijk is) kun je de deugd in herinnering brengen. ‘Zullen we proberen een beetje geduld met je zus te hebben; ze is wat prikkelbaar omdat ze buikpijn heeft.’
Meer lezen?
Haal het beste uit je kind en jezelf is verkrijgbaar bij iedere (online) boekhandel of via de Deugdenshop.
PS: Wist je dat dit boek ook verkrijgbaar is in het Duits, Engels en – jawel – Mongools? Wie zaait, en veel geduld heeft, oogst 🙂
De illustratie is gemaakt door Carlien Dubben.